Verkeerde keuze met verstrekkende gevolgen

Het portret van mijn vader

Op onze slaapkamer in een witte kast staat de ingelijste foto van mijn vader.  Als ik er naar kijk, zie ik een vriendelijk gezicht van een man van ergens in de dertig. Een vader uit een ver verleden,  een man die ik nooit heb gekend. Het moet een lieve man zijn geweest, zo is mij altijd verteld. Ik heb ook geen reden om hier aan te twijfelen. Maar ik had gewild dat hij niet op zo jonge leeftijd was gestorven. Dan had ik mogelijk meer te weten kunnen komen over zijn keuzes in het leven die hij maakte. En ze misschien hebben kunnen begrijpen.

Soms valt het niet mee te beseffen dat ook intelligente mensen als mijn vader zich hebben kunnen laten inpalmen door populisten, die inspelen op de ontevredenheid onder de bevolking. Het gebeurde ook in de jaren dertig. Mussert maakte dankbaar gebruik van de slechte economische omstandigheden in Nederland. Ook Leo Frugte dacht een steentje te kunnen bijdragen aan de strijd tegen de werkloosheid door in 1938 lid te worden van de NSB. Achteraf gezien de slechtste keuze die hij ooit heeft gemaakt. Een keuze met verstrekkende gevolgen…

Leonard Johan Frugte, geboren in 1913. Een sportieve man, vader van uiteindelijk vier kinderen, welbespraakt, fijn besnaard, gelukkig getrouwd, die goed dacht te doen.  In zijn goedheid maakte Leo verkeerde keuzes die achteraf rampzalige gevolgen hadden.

We gaan even naar het jaar 1946. Donderdag 6 juni

De 32-jarige Leo Frugte, die op dat moment gedurende  een jaar meerdere interneringskampen er op had zitten, werd die dag in kamp Barka in Harlingen ondervraagd. Na een jaar wachten mocht hij eindelijk zijn zegje doen.  ,,Waarom heeft u zich aangesloten bij de NSB”, was de vraag. ,,Er was werkloosheid in de familie en ik was in de overtuiging dat de NSB verbetering kon aanbrengen in de sociale positie van de arbeiders”, antwoordde de 32-jarige Leo.

Een antwoord dat vele voormalige NSB-leden hebben gegeven op de ‘waarom’- vraag. ‘We waren misleid’.   ‘Dachten er goed aan te doen’.  Voor velen van hen was het misschien ook zo. De economische situatie was in de jaren dertig ronduit slecht. Er was armoede, verdeeldheid en het gevoel dat de regering niets deed. Achteraf kon je je afvragen waarom men dan lid werd én bleef, terwijl je kon zien hoe de Duitse bezetting de Nederlandse samenleving steeds meer ontwrichtte en niemand blind kon zijn voor de Jodenvervolging.

,,Ik was politiek gezien volledig ongeschoold”, gaf Leo in zijn verweerschrift toe. ,,Ik dacht als lid van de NSB een bijdrage te kunnen leveren aan het bestrijden van de sociale misstanden.”

Toch was hij niet iemand die op straat voor de NSB in actie kwam. Hij onthield zich van NSB-uitingen als het verspreiden van pamfletten, ophangen van aanplakbiljetten en NSB-vlag. Dat was niets voor hem. Nee, hij was gewoon lid, niets meer en niets minder. Hielp zijn buren, was bevriend met niet-NSB’ers, deed zijn werk bij de Kamer van Koophandel, was een liefhebbende echtgenoot en gek op zijn twee kinderen. Maar toch, hij moest, gezien de beschikbare documenten, pro-Duitse gedachten hebben gehad.

Maar hoe kon het dat Leo, mijn vader, een intelligente man, zich zo in de luren liet leggen door  de nationaal socialistische gedachtengang van de NSB? Een vraag die onbeantwoord blijft.

Terug naar de periode 1938-1945

Hij werd NSB-lid in 1938 op een moment waarop de NSB al een slechte naam had. En vervolgens, omdat een ambtenaar geen lid van de NSB mocht zijn, bedankte Leo in 1939 weer als lid. Na het uitbreken van de oorlog, in september 1940, meldde hij zich opnieuw aan bij de Mussert-beweging.  Het is lastig  oordelen over zijn handelen in die tijd. Een periode die velen van ons niet hebben meegemaakt.  Maar fout? Ja, zeker volgens onze huidige maatstaven.

Ook volgde hij zelfs een studie MO Duits en deed als NSB-lid een aanvraag voor een studiebeurs. Hij maakte het niet af omdat het subsidiegeld opraakte. In de loop van 1943 begon hij zich ongemakkelijk te voelen toen hem werd verzocht lid te worden van de Landwacht. Dat ging hem te ver. En in mei 1944, nog voor D-Day op 6 juni bedankte hij voor het lidmaatschap.

Vader Leo met zijn eerste zoon, maart 1943

Hoe verging het gezin Frugte verder in de oorlog? Het blijft gissen. Leo had een baan bij de Kamer van Koophandel, begon meer te verdienen, werkte eerst op de afdeling Handelsregister, vervolgens  in 1942 en 1943 op de afdeling Economische Voorlichting en daarna op de afdeling Evacuatie. Zijn salaris nam toe van 1350 gulden in 1940 tot 1900 á 2000 gulden in 1944. Hij sloeg in 1943 meerdere aanbiedingen af om onder meer hoofdcommies te worden bij het Departement van Bijzondere Economische Zaken, ondanks een dubbel salaris. Hij wilde zich namelijk niet politiek binden, zo schreef hij in zijn verweerschrift.

Op zijn werk kon Leo Frugte goed overweg met zijn collega’s, die deels fel anti-Duits waren, maar er was ook volgens zijn eigen zeggen wantrouwen tegen hem. Nu begreep hij wel dat het wantrouwen terecht was.

Het is evenmin duidelijk of zijn vader, broers en zusters hem zijn NSB-lidmaatschap kwalijk namen.  Misschien werd er zelfs helemaal niet over gepraat en werd het min of meer stil gezwegen. Maar in ieder geval werd na zijn dood in 1951 door zijn familie en kennissen positief over hem gesproken. Een fijne man,  er was geen betere echtgenoot en vader dan Leo.  Buren, vrienden en ook collega’s, die niets met de NSB of het nazisme op hadden, spraken positief over hem. Ze legden zelfs een positieve schriftelijke verklaring over hem af in verband met het onderzoek naar Leo Frugte.

Vader, moeder en de twee kinderen leden net als andere Nederlandse families in de hongerwinter 44-45 en hadden gebrek aan alles. Voedsel was er niet, in het huis was het niet warm te krijgen. Moeder moest op zoek naar eten, samen met de buren.  Er waren geen voordelen voor oud-NSB’ers.

De bevrijding moest opluchting brengen. Voor het gezin Frugte begon de ellende toen pas echt. Leo werd geschorst bij de Kamer van Koophandel en vervolgens begin juni aangehouden.

Via de interneringskampen Levantkade en Zwolsche Vaart (Noordoostpolder) werd hij uiteindelijk overgebracht naar kamp Barka in Harlingen waar hij van eind november 1945 tot en met 22 juni 1946 werd geïnterneerd.

 

Het lidmaatschap van de NSB was een grote fout in zijn leven, waarover hij later veel spijt toonde. In zijn vele brieven vanuit interneringskampen  aan zijn Annie, zijn Anneke, toonde Leo die wroeging, zijn spijt over de verkeerde keuzes die hij had gemaakt.

Brieven

 

Meerdere brieven stuurde mijn vader aan mijn moeder…

In die brieven beschreef Leo ook zijn liefde voor mijn moeder en zijn twee jonge jongens, mijn broers, geboren in 1940 en 1943. Schreef over zijn hoop op een betere toekomst: ‘’eens moet ik toch vrijkomen’’.  Deed voorkomen of het allemaal wel meeviel in de kampen, maar wie de brieven goed leest, weet beter. De 31-jarige Leo werd op 4 juni 1945 aangehouden in zijn woning aan de Jan van Galenstraat in Amsterdam, met een zakmes en tien gulden op zak. Hij werd afgevoerd naar de Amaliaschool en vervolgens twee weken later naar het interneringskamp aan de Levantkade in Amsterdam overgebracht.  Daar onderging Leo diverse vernederingen, werd kaal geschoren, sliep op stro, zoals zoveel andere gevangen genomen foute Nederlanders.  Vervloekt en uitgescholden, behalve door degenen die Leo kenden als een integere man, die ook weer niet te beroerd was de verboden radio van zijn buren te verbergen op zijn zolder.

De brieven waren soms emotioneel, soms was de toon depressief, soms hoopgevend, soms liefdevol en ook ontroerend. Na acht maanden gevangenschap schrijft Leo vanuit kamp Barka in Harlingen het volgende:

,,Ik ben sinds vorig jaar op een bepaald punt heel anders geworden. De band die tussen ons is ontstaan in  de loop der jaren, daar waren wij ons voor juni vorig jaar niet zo van bewust als nu. De band is onverbrekelijk. Neem  bijvoorbeeld de laatste Oorlogswinter. We hadden aan alles gebrek, er was geen licht en we zaten elke avond alleen thuis. Nu hebben we het materieel beter, zelfs in mijn gevangenschap. Maar toch kan ik naar die ellendige winter terugverlangen alleen om maar bij jou te zijn. Ik heb tijdens mijn internering heel wat moeten verwerken en ook heel wat geleerd. …Het was een hele toer mij in de eerste twee maanden aan het kampleven aan te passen, want we leefden onder de slechtst denkbare omstandigheden. De verzorging die jij mij al jaren gaf viel opeens weg en was ik op mijzelf aangewezen. Ik heb mijn lesje wat dat betreft geleerd en kan nu voor mijzelf zorgen. Het gevoel van wanhoop dat mij de eerste maanden overviel heeft nu plaats gemaakt voor een gevoel van geluk….Het tweede geluk dat ik als iets heel anders beschouw maar toch onverbrekelijk met ons verbonden is, zijn onze kinderen. ‘’

Na zijn verhoor in juni 1946 werd hij uiteindelijk ontslagen van verdere rechtsvervolging en moest Leo alleen nog een boete van 100 gulden betalen. Op 22 juni 1946 werd Leo Frugte in vrijheid gesteld. Exact negen maanden later werd zijn derde zoon geboren, maar dat terzijde….

Voorspoed

Leonard Johan Frugte slaagde erin zijn leven weer op de rails te krijgen. Hij solliciteerde bij de firma Knegt en Zn en werd al snel aangenomen. Daarnaast  hervatte hij zijn nevenaktiviteiten die hij voor de oorlog ook al deed, namelijk schrijven voor de krant. Hij werd sportmedewerker van Sport en Sportwereld, schreef regelmatig over het voetbal en deed dat op verdienstelijke wijze. Na de eerste twee moeilijke naoorlogse jaren begon de zon voor de familie Frugte steeds meer te schijnen.  Leo was, voor zover anderen – buren, kennissen, familie – zich hem konden herinneren, een sympathieke persoonlijkheid en hij was een geziene en gewaardeerde collega op zijn werk.

Na de geboorte van de vierde zoon in 1949 brak een periode van relatieve voorspoed aan.  Er werd zelfs al gedacht aan de aanschaf van een auto, toch een kostbaar bezit in die tijd. Maar uiteindelijk kwam het niet zover. Op vrijdag 3 augustus 1951 kwam op dramatische wijze een eind aan het leven van de 37-jarige Leo Frugte. Moeder en kinderen waren al vertrokken naar de vakantiebestemming in Castricum,  terwijl vader Leo nog in Amsterdam was, mogelijk om zijn laatste werkzaamheden af te ronden.  Die vrijdag werd Leo dood aangetroffen op de zolderverdieping van de woning aan de Jan van Galenstraat.  De doodsoorzaak werd vaag omschreven. Een ongeval. Zo stond op de rouwkaart. Zelfmoord, zo ging ook het verhaal, veroorzaakt door de traumatische gebeurtenissen na de Tweede Wereldoorlog.

De waarheid bleek echter van een totaal andere aard te zijn. En die waarheid werd vele jaren – begrijpelijk voor die tijd – verzwegen. Totdat uiteindelijk het stilzwijgen werd doorbroken. …

Zijn overlijden werd vastgesteld op 3 augustus, half drie ’s middags, vermoedelijk het moment waarop zijn ontzielde lichaam werd aangetroffen. Op donderdag 9 augustus werd Leo Frugte begraven op de Nieuwe Oosterbegraafplaats aan de Kruislaan in Amsterdam. De rouwstoet vertrok niet van de woning aan de Jan van Galenstraat. Nee, vanaf zijn ouderlijk adres aan de Willem Beukelszstraat nummer 38 huis. De Nieuwe Ooster. Hemelsbreed nog geen kilometer verwijderd van het  herenhuis. De begraafplaats  waar ook zijn vader, moeder, zus Rika en broer Dirk Johan hun laatste rustplaats vonden. Wat nu nog rest is het verzamelgraf…

 

Leonard  Johan Frugte. ,,Er was geen betere echtgenoot en vader dan ‘mijn’ Leo’’.  Woorden van zijn An, mijn moeder, die duidelijk maakten hoe groot de liefde van haar voor mijn vader was. En voor wie na zijn dood nooit meer een ander is geweest. Niemand immers kon aan hem tippen…

 

Leonard Johan Frugte had de 21e eeuw moeten halen. Het mocht echter niet zo zijn.

 

Karel Frugte

Lees ook: de vooroorlogse jaren.

Gezinsblad van Karel Frugte en Johanna Hendrika Scheepmaker

Johanna Hendrika Scheepmaker, geb. Numansdorp 10 april 1877, † Amsterdam 21 dec. 1935, dr. van Gerardus en Cornelia Kruijswijk, tr. Haarlem 10 juli 1912 Karel Frugte, geb. Zevenhoven 26 nov. 1870, † Amsterdam 12 dec. 1948, zn. van Hendrik en Dirkje Slag en wedr. van Maria C. Scheepmaker.

Uit dit huwelijk:

1. Leonard Johan Frugte, geb. Haarlemmermeer 26 dec. 1913, † Amsterdam 3 aug. 1951, tr. Amsterdam 25 mei 1939 Johanna Elisabeth De Kruijf, geb. Sloten 22 mei 1915, † Heiloo 21 aug. 1999, dr. van Evert en Theresia Elisabeth La Grouw.

2. Hendrika Johanna (Rika) Frugte, geb. Haarlemmermeer 3 dec. 1914, † Amsterdam 13 nov. 1952, tr. Amsterdam 24 april 1941 Cornelis Antonie (Kees) Faber, geb. Amsterdam 24 sept. 1913, † Hoorn 21 febr. 1984, zn. van Sijtze en Gerritje de Visser; hij hertr. Amsterdam 1 mei 1953 Johanna (Joke) E.M.H. Schellinger.

3. Cornelia G. Frugte, geb. Haarlemmermeer 4 maart 1916, † Den Haag 6 febr. 1998, tr. Watergraaafsmeer 4 mei 1939 Hendricus Christiaan Kruis, geb. Amsterdam 8 febr. 1911, † Frankrijk 5 dec. 1983.

4. Petronella Frugte, geb. Haarlemmermeer 21 april 1917, † ald. 1 april 1918.

5. Hendrik Frugte, geb. Haarlemmermeer 18 mei 1919, † Apeldoorn 3 jan. 1999, tr. 1e 18 april 1946 Annechien Kassies, geb. Lemmer 4 april 1918, † Apeldoorn 1 mei 1993; tr. 2e 1996 Wilma Tuls (Vogelzang), geb. Holland, Michigan 1916, † Michigan 14 mei 2010.

6. Karel Frugte, levenloze zoon, geb. Amsterdam 2 febr. 1924.

 

 

 

 

Het verborgen verleden van mijn vader

Geef een reactie